Welke besluiten zijn er nog genomen in het jaar 2023 door Provinciale Staten?
In 2023 zijn door Provinciale Staten geen besluiten genomen over het project. De inzet was om in 2023 een realisatiebesluit voor de 2e fase van het project, de verruiming van de sluis te laten nemen door Provinciale Staten. Omdat er nog diverse vraagstukken zijn die gezamenlijk met Rijkswaterstaat en/of het Ministerie moeten worden opgelost, is het realisatiebesluit nog niet genomen.
Wat heeft het gekost?
Bij vaststelling van de Bestuursovereenkomst (BOK) juni 2020 zijn de projectkosten geraamd op € 180 mln. (incl. BTW) . Het Rijk draagt € 111 mln. bij en de regionale bijdrage in het project is € 69 mln.. De provinciale bijdrage is € 19,5 mln.. De provincies Overijssel (inclusief de gemeenten Zwolle, Meppel en Kampen) en Flevoland (inclusief gemeente Urk) hebben € 8 mln. beschikbaar gesteld voor fase 2. Deze bijdrage wordt nog geregeld in een regionale bestuursovereenkomst. De gemeente Súdwest-Fryslân draagt € 1,25 mln. bij aan het project. Een deel van de regionale bijdrage komt tot stand door werk met werk bij de aanpak van de vaargeulen in het IJsselmeer. Verder is er vanuit het Waddenfonds een bijdrage van € 6 mln. toegekend voor de 2e fase van het project.
Met de marktpartijen is een regeling overeengekomen waarmee de marktbijdrage van € 26,5 mln. geïnd kan gaan worden. December 2022 hebben de Staten ingestemd met de voorfinanciering van dit bedrag. De deelnemende bedrijven verplichten zich op basis van een individuele overeenkomst die na instemming door GS getekend worden, een vergoeding af te dragen bij gebruik van de verruimde sluis door bovenmaatse schepen tot dat de totale marktbijdrage is voldaan.
In 2020 hebben de Staten een investeringskrediet van 100 mln. beschikbaar gesteld voor de realisatie van fase 1 (vervanging bruggen, aanpak vaargeulen en voorbereiding sluis) et provinciale aandeel hierin is € 3,5 mln.. Van de totale rijksbijdrage van €111 mln. is € 96,5 mln. bestemd voor de vervanging van de verkeersbruggen (fase 1). De rijksbijdrage wordt definitief vastgelegd in een spuk.
Wat wilden we bereiken en wat hebben we gerealiseerd?
In de BOK met het Rijk is vastgelegd dat de provincie Fryslân verantwoordelijk is voor de aanbesteding en uitvoering van het project. In deze overeenkomst is voorzien in een twee-fasen aanpak. In samenspraak met Rijkswaterstaat is besloten voor iedere fase een realisatieovereenkomst op te stellen. In fase 1 worden de bruggen gebouwd en de geulen aangepakt. In 2022 is in eerste instantie gekozen voor een afwijkende inkoopstrategie voor de bruggen. Vervolgens is voor een reguliere aanbesteding gekozen. Hierdoor is het project bruggen vertraagt waardoor de nieuwe bruggen niet meer in 2025 in gebruik genomen kunnen worden. Een tussenmijlpaal uit de BOK is daarmee niet gehaald. De uitvoering zal nu op z’n vroegst in 2025 starten.
Met het besluit van Provinciale Staten in december 2022 om de marktbijdrage voor te financieren, is de dekking van het project rond. In principe zou er dan ook een realisatiebesluit genomen kunnen worden voor fase 2, het verruimen van de sluis. In overleg met het Rijk is echter besloten de realisatie van de sluis te temporiseren.
De verziltingsproblematiek in het IJsselmeer vraagt meer bron- en beheersmaatregelen dan oorspronkelijk voorzien. Dit vraagt aanpassing van het ontwerp van de schutsluis. Mogelijk is er zelfs sprake van een scope-uitbreiding door gelijktijdig ook maatregelen te treffen bij de kleine schutsluis. Recent onderzoek heeft laten zien dat vanwege de verzilting de vaargeulen vooreerst niet verruimd kunnen worden, in afwachting van de maatregelen die voor de nieuwe sluis genomen worden. .
Naast het verziltingsvraagstuk zijn er diverse uitgangspunten, randvoorwaarden en ontwikkelingen waarmee de provincie bij de start van het project (financieel) rekening heeft gehouden, deels gewijzigd dan wel zijn ter discussie komen te staan . De uitlopende planning voor de bruggen, de mogelijkse scope-uitbreiding voor de sluis en de wijziging van diverse normen, richtlijnen kunnen allen financiële consequenties gaan hebben.
Dit alles is onderwerp van gesprek met RWS en Rijk. Ook de bovengemiddelde prijsstijgingen waar de bouwsector wordt geconfronteerd is een onderwerp van gesprek. Dit alles zal leiden tot aanvullende afspraken met het Rijk die in overeenkomsten zullen worden vastgelegd. De verwachting was dat in 2023 de genoemde vraagstukken zouden zijn op gelost,. Eind 2023 is met het Rijk geconstateerd dat het algemene beeld van het project is, dat ten gevolge van de gewijzigde wet- en regelgeving en de scope-aanpassingen het project inhoudelijk is gewijzigd. voor planning, kosten en risico’s en dit vraagt een herijking van de afspraken. Naar verwachting kan medio 2024 meer duidelijkheid worden geboden.
In 2023 zijn definitieve plannen voor het project ‘Beleef Kornwerderzand' opgesteld. En is gekeken naar de inrichting van het gebied, maar ook naar het beheer, exploitatie en onderhoud van het gebied bij Kornwerderzand. Alle stakeholders in dit gebied worden bij de planvorming betrokken. De ambitie is, voor de gebiedsontwikkeling en voor het gebiedsmanagement van Kornwerderzand een overkoepelende en door de stakeholders gedragen gebiedsorganisatie op te zetten. Uiteindelijk dient dit te resulteren in een Bestuursovereenkomst (tussen RWS, Provincie Fryslân en Gemeente Súdwest-Fryslân).
Hoe hebben de genoemde risico’s zicht ontwikkeld en zijn er nieuwe risico’s bijgekomen?
Voor het project zijn risico’s benoemd m.b.t. de verruiming van de sluis, de bouw van de bruggen en het verdiepen van de vaargeulen. De belangrijkste risico’s zijn hieronder opgenomen.
- Project/bouwrisico's; elk project kent risico’s in de voorbereiding- en bouwfase. Er moeten o.a. nog diverse vergunningen worden aangevraagd. Wijzigingen in wet- en regelgeving kunnen soms tot onverwachte neveneffecten leiden, zoals de PAS (Programma Aanpak Stikstof). Normaliter kunnen deze risico's worden opgevangen binnen de risicoreservering van het project.
- De complexe raakvlakken met het Rijksproject Versterking Afsluitdijk brengen risico’s met zich mee. De vertraging op het Rijksproject heeft tot gevolg dat o.a de bruggen later worden gerealiseerd. De bouw duurt langer . Ook zijn nieuwe eisen gesteld m.b.t. de fasering van de bouw van de bruggen, om tijdens de bouw de hinder voor zowel het weg- als vaarverkeer te minimaliseren. Deze nieuwe eisen leiden tot ca. 2 jaar extra vertraging en een duurdere bouwwijze. De meerkosten zijn geraamd op € 15 mln. (incl. BTW) Met het Rijk wordt gesproken over dekking van deze meerkosten.
Voor fase 1 is inmiddels € 11,3 mln. (incl. BTW) besteed, waarvan € 8,1 mln. ten laste komt van de rijksbijdrage. Ondanks dat er een BOK is gesloten, zijn er met het Rijk nog geen definitieve afspraken over de financiën gemaakt. In voorkomend geval dat er andere afspraken met het Rijk worden gemaakt, zal het rijksaandeel in de reeds gemaakte kosten ook onderwerp van gesprek moeten zijn.
- Financieringsrisico's: Inmiddels is er een regeling met de marktpartijen voor de marktbijdrage. De btw-compensatie blijft nog een risico van € 8 mln. Uitgangspunt is dat er over het regionale financieringsdeel BTW gecompenseerd kan worden. Gesprekken met de belastingdienst hierover lopen.
- De oorspronkelijke voorziene werkwijze om de vaargeulen in het IJsselmeer te verdiepen en de opgave die de provincie heeft zoals beschreven in de BOK, blijkt vanuit vergunningverlening in de praktijk slechts in zeer beperkte mate mogelijk. Daardoor zijn de mogelijkheden om opbrengsten te genereren middels werk-met-werk ook beperkt. De lucratieve vakken zijn of worden vergund aan marktpartijen. Een scenario waarbij de opgave van de provincie zich mogelijk beperkt tot de aanpak van de resterende, onrendabele stukken lijkt daarmee waarschijnlijk. Budgettair is rekening gehouden met een opbrengst van € 10 mln. Met het Rijk is gesproken over oplossingen. Deze gesprekken zijn op hold gezet in afwachting van oplossingen voor de verziltingsproblematiek van het IJsselmeer.
- Momenteel is sprake van forse prijsstijgingen van bouwmaterialen, dit heeft een kostenverhogend effect op de bouwsom. Of dit een incidentele of structurele prijsstijging is, is op dit moment niet in te schatten. In de rijksbudgetten wordt prijscompensatie meegenomen. De vraag is, in de huidige markt, of dit voldoende is. In de regionale bijdrage is geen prijscompensatie meegenomen. Door de vertraging en de hoge inflatie van dit moment kan dit een substantieel probleem worden. Zeker nu sprake is van verdere vertraging. Met de minister is afgesproken dat als dit risico zich voordoet, we als gezamenlijke partijen in gesprek gaan. De exacte omvang is moeilijk in te schatten. De aanbesteding van het werk geeft hierover duidelijkheid.
Zoals eerder benoemd is eind 2023 met het Rijk geconstateerd dat het algemene beeld van het project is, dat ten gevolge van de gewijzigde wet- en regelgeving en de scope-aanpassingen het project inhoudelijk is gewijzigd. voor planning, kosten en risico’s en dit vraagt een herijking van de afspraken. Een deel van de benoemde risico's zullen naar verwachting een plek krijgen bij de herijking van de afspraken met het Rijk.